Operatieve behandeling

Carpaal Tunnel Syndroom

Het carpale tunnelsyndroom (CTS) ontstaat door een beknelling van de middenhandszenuw (de nervus medianus) ter hoogte van de pols.

Dit kan klachten van (nachtelijke) tintelingen, een prikkelend en pijnlijk gevoel in de handpalm, krachtverlies en/of een gezwollen gevoel in de hand geven. In ernstige gevallen kan de zenuwfunctie geheel uitvallen.

Uitleg over de aandoening, en advies over verlichtende houdingen en activiteiten samen met het dragen van een spalk met de pols in een neutrale stand gedurende de nacht kan een gunstig effect op de symptomen geven. Een injectie met corticosteroïden kan ook een gunstig effect op de symptomen geven. Alternatieve behandelingen hebben ook hun voor- en nadelen, risico’s en complicaties. Deze kunt u met uw plastisch chirurg bespreken.

In ernstige gevallen is het soms beter om een operatieve behandeling te ondergaan. Het doel van de operatie is om de beknelling van de zenuw op te heffen. Dit wordt bereikt door het ‘dak’ van de carpale tunnel te openen via een snee in de basis handpalm.

De operatie

Tijdens de operatie wordt onder plaatselijke verdoving via een snee in de basis van de handpalm het ‘dak’van de carpale tunnel geopend. Hierdoor is er meer ruimte in de tunnel en wordt de zenuw niet meer bekneld. Hierna wordt de huid weer gesloten met hechtingen. Deze hechtingen moeten na twee weken verwijderd worden.

Na de operatie

Doe het na de operatie rustig aan.

  • U heeft gedurende 2 dagen een drukverband om de hand. Deze mag u zelf thuis verwijderen na 2 dagen.
  • U mag douchen vanaf het moment dat het verband af is.  
  • U mag 2 weken niet in bad, niet zwemmen of naar de sauna.
  • U mag de eerste 2 weken niet zwaar tillen of zware lichamelijke arbeid verrichten. Daarna kunt u alles weer doen en mag u ook weer sporten.

Complicaties

Geen enkele operatie is zonder risico’s. Zoals bij alle operaties is er een kans op nabloeding, wondinfectie, problemen bij het genezen van de wond. Hieronder worden een aantal complicaties verder toegelicht.

Zijn er complicaties? Neem dan tijdens kantooruren contact op met de polikliniek Plastische Chirurgie. Buiten kantooruren kunt u bellen met de afdeling Spoedeisende Hulp

  • Onaangenaam prikkelend gevoel

    U kunt na de operatie last hebben van een onaangenaam prikkelend gevoel in de handen. In de meeste gevallen is dit snel (binnen enkele dagen) verdwenen. Als er heel lang een ernstige beklemming is geweest, kan er direct na de operatie tijdelijk meer pijn ontstaan.

  • Pijn

    Na een operatie voor het carpale tunnelsyndroom kan de hand pijnlijk en gezwollen zijn en kan het moeilijk zijn om de vingers te bewegen. Pijn van verschillende intensiteit en duur kan optreden en aanhouden na de behandeling. Pijn kan een aanwijzing zijn voor een complicatie. Indien in de eerste weken na de operatie de pijn toeneemt, moet u contact opnemen met uw plastisch chirurg. Bij een stug en verdikt litteken kan het operatiegebied enkele maanden gevoelig blijven. Ook kan er een tijdelijk verlies aan (knijp)kracht optreden. In sommige gevallen is nabehandeling door middel van handtherapie nodig. In zeldzame gevallen kan de zenuw verkleven aan het littekenweefsel en blijvende klachten geven.

  • Weefselschade

    Er bestaat een uitzonderlijk kleine kans op letsel van structuren zoals zenuwen, bloedvaten, spieren tijdens de chirurgische procedure. Het letsel kan tijdelijk of permanent zijn.

  • Wonddehiscentie

    In delen van de gesloten wond kan het voorkomen dat de hechting loslaat en de wond gedeeltelijk open gaat staan. Dit heet wonddehiscentie. De kans daarop is klein (kleiner dan 1 op 100). Neem in dat geval contact op met uw plastisch chirurg. Over het algemeen sluit de wond zich vanzelf weer. Een wonddehiscentie kan wel invloed hebben op het uiteindelijke aspect van het litteken.

  • Infectie

    Een oppervlakkige wondinfectie na de operatie geeft een pijnlijk rood litteken met irritatie of zelfs pus rond de hechtingen. De kans daarop is klein (kleiner dan 1 op 50). Een diepere wondinfectie in het operatiegebied veroorzaakt klachten in het hele operatiegebied, koorts en een algeheel ziek gevoel. Mocht een infectie ontstaan, dan kan een behandeling met antibiotica of een aanvullende operatie nodig zijn. Zeer ernstige infecties (toxisch shocksyndroom) zijn uiterst zeldzaam en kunnen leiden tot ernstige ziekte die levensbedreigend kan zijn.

  • Littekenvorming

    Elke operatie laat littekens achter, de één wat meer zichtbaar dan de andere. Littekens ontstaan in de huid en in de diepere weefsels. Overmatige littekenvorming kan optreden maar is ongewoon. Een dik en stug litteken kan in ongeveer 1 op de 20 patiënten pijnlijk blijven gedurende enkele maanden (pillar pain). In sommige gevallen vereisen littekens een heroperatie of een andere behandeling. Een litteken kan wel twaalf maanden nodig hebben voordat het helemaal uitgerijpt is en de kleur en dikte bereikt heeft die zal blijven bestaan.

  • Verandering in gevoel van vingers

    U kunt last hebben van een verminderd aanrakingsgevoel in de vingertoppen. Het kan tot twaalf maanden duren voordat het gevoel helemaal hersteld is. Afhankelijk van de ernst van de beknelling en zenuwschade kan het voorkomen dat de zenuwfunctie niet helemaal hersteld en een verminderd gevoel in de vingers blijf bestaan.

Aanvullend overwegingen bij deze operatie

Behalve specifieke complicaties en risico’s zijn er voor een operatie van het carpale tunnels yndroom nog overige waarschuwingen van belang die een rol kunnen spelen bij de beslissing om de operatie te ondergaan of niet.

  • Zwangerschap

    Na de zwangerschap gaat in ongeveer de helft van de gevallen het carpale tunnel syndroom vanzelf over.  Als het blijft bestaan kan een operatie worden overwogen. In het derde trimester kan een carpale tunnel syndroom soms heftig verlopen en zeer pijnlijk zijn door het vasthouden van vocht tijdens de zwangerschap, met zwelling tot gevolg. Het kan dan nodig zijn om acuut in te grijpen en onder plaatselijke verdoving de operatie uit te voeren.

  • Medicijnen

    Het is belangrijk om uw plastisch chirurg te informeren over het gebruik uw medicijnen. Vooral als u hormonen, corticosteroïden, bloedverdunners of andere medicijnen die de stolling beïnvloeden gebruikt, al dan niet op doktersvoorschrift. Als u een bijwerking van uw medicijnen ervaart, stop dan direct met de medicijnen en bel uw plastisch chirurg voor verdere aanwijzingen. Ga bij een ernstige reactie direct naar de dichtstbijzijnde eerste hulp. Zware pijnstillers na de operatie kunnen uw denkproces en coördinatie beïnvloeden. Neem de voorgeschreven medicatie daarom alleen in zoals aangegeven. Rijd geen auto, bedien geen complexe apparatuur, neem geen belangrijke beslissingen en drink geen alcohol tijdens het gebruik van zware pijnstillers.

    Het is belangrijk om uw plastisch chirurg te informeren over het vermoeden van een zwangerschap of de wens om zwanger te worden. Medicijnen zoals ontstekingsremmers mogen bij voorkeur niet toegediend worden tijdens de eerste 3 trimesters van een zwangerschap en kan de vruchtbaarheid bij vrouwen nadelig beïnvloeden. Antibiotica beïnvloeden de werking van de pil, waardoor de kans op een zwangerschap verhoogd is.

  • Roken en meeroken

    Patiënten die op het moment van een operatie roken dan wel tabaksproducten of nicotineproducten (zoals nicotine-pleisters en -kauwgom) gebruiken, hebben een groter risico op complicaties zoals het afsterven van de huid en slechtere wondgenezing. Mensen die worden blootgesteld aan meeroken lopen mogelijk ook een verhoogd risico op soortgelijke complicaties. Verder kan roken een negatief effect hebben op de anesthesie en het herstel daarvan, met hoesten en eventueel een verhoogd bloedingsrisico als gevolg.

  • Ontevreden over het resultaat

    Er is geen garantie op een (blijvend) goed resultaat. Er bestaat altijd een kans dat de resultaten van uw operatie voor het carpale tunnelsyndroom tegenvallen. In sommige gevallen kan een optimaal resultaat niet met een enkele operatie worden verkregen. Het kan nodig zijn om een aanvullende operatie uit te voeren, om de resultaten te verbeteren. Het is belangrijk klachten te melden bij uw controlebezoeken. De kans dat de aandoening terugkomt is zeer laag (1 op 200).

  • Therapietrouw

    Volg de instructies van uw arts zorgvuldig op. Het succes van de behandeling hangt af van de voorbereiding, de operatie, en van de nazorg. Het is belangrijk dat de chirurgisch gesloten wonden niet worden blootgesteld aan overmatige kracht, schuren of beweging tijdens de genezing. Voorts kunnen lichamelijke activiteiten die uw hartslag verhogen, kneuzingen, zwellingen, vochtophoping in het operatiegebied veroorzaken. Houd hier rekening mee totdat uw arts zegt dat het veilig is.

Vergoeding van kosten

De kosten van de behandeling worden vergoed door uw zorgverzekering. Houd wel rekening met een eventueel eigen risico dat verbonden is aan uw polis.

Contactinformatie

Heeft u vragen, belt u dan op maandag tot en met vrijdag van 08:00 tot 16:30 uur met de poli plastische chirurgie telefoonnummer 020 510 8670. Bent u bij ons onder behandeling en is er sprake van spoed of maakt u zich zorgen, wij zijn dag en nacht 365 dagen per jaar bereikbaar. Neemt u dan contact op met de Spoed Eisende Hulp (SEH) van locatie OLVG Oost en vermeldt duidelijk dat u onder behandeling bent bij de plastisch chirurg.

Kijkt u ook eens verder op onze website. Ons team stelt zich graag aan u voor. Ook kunt u informatie vinden over de andere ingrepen die wij verrichten.

Onze plastisch chirurgen zijn ook actief op Instagram. U vindt ons gezamenlijk account onder plastisch.chirurgen.amsterdam (https://instagram.com/plastisch.chirurgen.amsterdam?igshid=1f06v737hwogj). Daar posten wij ook regelmatig voor- en na foto’s.

Benieuwd naar wat wij voor u kunnen betekenen?

Ons team staat voor u klaar! Neem gerust contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken.

Contact opnemen